Stoppen met de fopspeen of het duimzuigen

Bron: dit artikel werd geschreven voor de website Mama Baas
Het niet-voedend zuigen is iets wat natuurlijk voorkomt bij baby's en kadert binnen de zuigreflex. Bij pasgeborenen kan deze zuigreflex heel sterk aanwezig zijn. Deze baby's hebben dan vaak nood aan een fopspeen of starten met duimzuigen. Maar wanneer is het nu raadzaam om die fopspeen af te bouwen of het duimpje uit de mond te halen? Logopediste Céline Ruysschaert vertelt er meer over.
Mag ik een fopspeen inzetten?
Van mij mag dat zeker. We moeten aan de zuigbehoefte van een pasgeborene tegemoet komen. Het zuigen wordt al vroeg in de baarmoeder aangeleerd. Soms kan je zelfs al op een echo je kindje zien duimzuigen. Daar is helemaal niets vreemds aan. Alleen raad ik wel aan om bij borstvoeding niet onmiddellijk een speentje in te zetten, omdat je dan hongersignalen kan missen waardoor je de baby minder aanlegt, wat dan weer negatief kan zijn voor je productie. Eenmaal je productie goed op gang is, kan ook een fopspeen worden ingezet voor het niet-voedend zuigen. Je hoeft niet bang te zijn voor de zogenaamde tepel-speenverwarring, want daar is geen wetenschappelijke evidentie voor.
Bij flesvoeding mag je al heel snel starten met een fopspeen. De baby kent daarbij het verschil tussen niet-voedend zuigen (kleinere zuigbewegingen) en voedend zuigen.
Een fopspeen of de duim?
Mijn voorkeur gaat uit naar een fopspeen, omdat je die makkelijker terug kan afbouwen. Een duim heeft je kindje namelijk altijd bij zich. Als je duimzuigen kan vermijden dan zou ik dat zeker doen. Dit doe je door de duim uit het mondje te halen en een fopspeen aan te bieden.
Welke fopspeen?
Je hebt tegenwoordig verschillende soorten fopspenen. Ronde met een dikke kop, platte met een smalle kop en smalle steel … Op zich maakt het die eerste maanden niet zoveel uit welke je inzet. Bij een snelle afbouw is er uiteindelijk geen schadelijke invloed.
Na de leeftijd van één jaar kan er echter wel schade aan de gebits-en kaakontwikkeling ontstaan en zou ik, als de fopspeen er nog is, kiezen voor een platte kop en een zo dun mogelijk steeltje. Er bestaan ook hele specifieke spenen die ontworpen zijn door orthodontisten en logopedisten en waarbij er zo weinig mogelijk materiaal in de mond zit. Dat kan ook een optie zijn.
Wanneer bouw ik af?
Het is zo dat een kind de zuigreflexen verliest rond de leeftijd van drie maanden. Daarna wordt er enkel nog een fopspeen gebruikt als gewoonte, als troost, om in slaap te vallen … Merk je dat je kindje er na de leeftijd van drie maanden nog weinig behoefte aan heeft? Dat de speen er telkens terug wordt uitgeduwd en dat je kindje ook in slaap kan vallen zonder speen? Dan is dat een goed moment om die speen af te bouwen. Troost bieden kan namelijk op vele andere manieren die niet schadelijk zijn voor het gebit.
Sommige kinderen zijn erg gehecht aan hun fopspeen en willen die dan ook het eerste jaar niet afgeven. Het is dan raadzaam de fopspeen af te bouwen vanaf de leeftijd van 2,5 jaar om schade aan het gebit te voorkomen.
Tips om de fopspeen af te bouwen bij peuters
- Maak gebruik van een prentenboek dat geschikt is voor de leeftijd van je kind. Door er samen over te lezen met je zoon of dochter zorgt ervoor dat hij/zij inzicht krijgt in waarom de fopspeen moet afgegeven worden.
- Zoek leuke filmpjes op het internet op maat van je kind. Ook hier kan je zorgen voor inzicht in het waarom.
- Ruil de fopspeen voor iets anders.
- Maak van het stoppen een leuke gebeurtenis. Hang het aan de kerstboom en laat het ophalen door de Kerstman, steek het in de schoen voor Sinterklaas, leg het onder je kussen en geef het mee met de 'fopspeenfee', …
- Als je geleidelijk aan afbouwt, kan je werken met een 'stopkaart'. Elke keer de fopspeen niet gedragen wordt, kan een sticker worden gekleefd. Is de kaart vol? Koppel er dan een motiverende beloning aan.
Vergeet ook de flessenspeen niet!
De fopspeen kan dan wel verdwenen zijn, maar heb je al eens nagedacht over de flessenspeen waarmee je kind misschien nog melk drinkt? Voor sommige kleuters is het een gewoonte om hun melk nog uit een papfles te drinken. Daarmee houd je de zuigtechniek in stand wat zorgt voor een lage tongligging tijdens het drinken. Dit veroorzaakt een druk op het gebit en kan er mede voor zorgen dat de tong uit gewoonte laag zal blijven liggen. Zo verhoogt het risico op het ontstaan van afwijkende gebitsvormen zoals open beten of kruisbeten.
We adviseren om de papfles vanaf 15 maanden af te bouwen en te vervangen door een open beker. Je kan ook een drinkfles gebruiken, maar dan wel eentje zonder tuit.
Succes!